OZB-aanslag blijft maar stijgen

Huiseigenaren betalen volgend jaar gemiddeld 2,7 procent meer onroerendezaakbelasting (OZB). Dat blijkt uit onderzoek van Vereniging Eigen Huis (VEH) in ruim 100 gemeenten.

In 2013 daalt de WOZ-waarde van woningen voor het derde jaar op rij, maar de ozb-aanslag blijft stijgen. De aanslag stijgt gemiddeld met 2,7 procent van 256 naar 263 euro. De gemiddelde WOZ-waarde daalt met 4,1 procent van 251.400 naar 241.000 euro. Gemeenten verhogen de ozb onder meer om bezuinigingen op te vangen of om de begroting sluitend te krijgen.


Uitschieters van meer dan 10 procent zijn de gemeenten Het Bildt, De Marne en Valkenburg aan de Geul. In Blaricum, Werkendam en Renkum daarentegen daalt de ozb-rekening met 3 tot 6 procent. De totale gemeentelijke woonlasten (ozb, riool- en afvalstoffenheffing) stijgen met gemiddeld 1,8 procent.


Gemiddeld betalen eigenwoningbezitters met een gezin volgend jaar 13 euro meer aan gemeentelijke woonlasten (711 euro tegenover 698 euro dit jaar).

In 227 gemeenten is het tarief voor de onroerendezaakbelasting (OZB) in 2012 met meer dan 5 procent gestegen ten opzichte van 2011. Slechts drie gemeenten hanteerden een lager tarief. Er zijn grote regionale verschillen in de OZB-tarieven.

Macronorm staat 90 miljoen euro meer OZB toe in 2013

Het rijk legt de gemeenten een macronorm op. Alle gemeenten samen mochten in 2012 de totale inkomsten uit de OZB met 3,75 procent laten stijgen tot maximaal 3 178 miljoen euro. De totale begrote opbrengst in 2012 bedraagt echter 3 237 miljoen euro, 59 miljoen euro meer dan was afgesproken. Omdat de macronorm is overschreden, heeft het rijk de macronorm voor 2013 verlaagd van 3 procent naar 2,76 procent. Hiermee kunnen gemeenten in 2013 bijna 90 miljoen euro meer OZB innen dan in 2012.

'Doorn in het oog'

Volgens de VEH is de jaarlijkse ozb-stijging veel mensen een doorn in het oog, omdat die geen rekening lijkt te houden met de dalende woningwaarden en de gevolgen van de crisis voor huishoudens. Zo werden woningen in drie jaar gemiddeld 10 procent minder waard, terwijl de ozb-aanslagen in die periode juist met 10 procent stegen.

"De WOZ-waarde is in de praktijk de verdeelsleutel voor de gemeente om de gewenste inkomsten te genereren", vindt de VEH. De vereniging pleit daarom voor een ander systeem: een heffing voor zowel huurders als huiseigenaren, waarbij het aantal bewoners bepalend is voor het tarief.

Wat is OZB?

Onroerendezaakbelasting (OZB) is een belasting die huiseigenaren aan de gemeente betalen. Ook als uw pand niet als woning wordt gebruikt, betaalt u OZB.
Huurders betalen geen OZB voor woning


Huurders van woningen betalen geen OZB. 

In 2006 is de gebruikersbelasting namelijk afgeschaft en bestaat de OZB alleen nog maar uit de eigenarenbelasting. Voor panden die niet als woning gebruikt worden (zoals bedrijfspanden) betaalt u als huurder nog wel gebruikersbelasting OZB.

Hoogte OZB bepaald door gemeente

De hoogte van de OZB wordt bepaald door de gemeente, aan de hand van de WOZ-waarde. Gemeenten zijn vrij in het vaststellen van het OZB-tarief, maar moeten wel rekening houden met de totale stijging van lasten voor hun inwoners.

Bezwaar maken tegen OZB

U kunt geen bezwaar maken tegen het OZB-tarief.
Wel kunt u bezwaar maken als u ten onrechte een OZB aanslag heeft gekregen. Dit kan bij uw gemeente. Via de gemeente kunt u ook uw mening geven over de hoogte van het OZB tarief.

OZB jaarlijks vastgesteld 

Sinds 2008 wordt de WOZ-waarde ieder jaar opnieuw vastgesteld. De OZB kan dus ook per jaar verschillen. Of u OZB betaalt hangt af van de vraag of u op 1 januari eigenaar van het pand was.


bron: nos
bron: cbs
bron: rijksoverheid