Het geschil tussen Zaanstad en de Belangenvereniging Erfpacht Zaanstad (BEZ) gaat een nieuwe ronde in, nu de gemeente (het college) heeft besloten om de rechter te laten vaststellen of een erfpachter door het onrechtmatig handelen van de gemeente schade heeft geleden en zo ja, hoeveel dan. De juridische dans die in 2016 begon is dus verre van voorbij.
Even leek dat wel het geval toen de Hoge Raad in december 2023 oordeelde dat een uitspraak van het gerechtshof in Den Haag uit juni 2022 overeind bleef: Zaanstad heeft met een wijziging van het omzettingsbeleid – zeg maar de voorwaarden waaronder een erfpachter eigenaar kan worden van de gemeentegrond waarop zijn huis staat – onrechtmatig gehandeld tegenover de toen zittende erfpachters. Daar is dus nu geen discussie meer over mogelijk. Of die onrechtmatigheid ook financiële consequenties moet krijgen is nu de volgende vraag.
Inhoudelijke discussie
Door de BEZ en individuele erfpachters is in de procedures bij de rechtbank en het gerechtshof geen schadevergoeding geëist. ‘Een inhoudelijke discussie hierover is in deze procedures daarom nog niet gevoerd,’ schrijft het college nu aan de gemeenteraad. De kwestie is actueel geworden na de ontvangst van een conceptdagvaarding van één van de erfpachters die in 2016 samen met de BEZ de strijd aanging. Deze erfpachter vordert ook een schadevergoeding.
Besloten is daarop om ‘een gerechtelijke procedure te voeren omdat tot op heden niet juridisch is getoetst of er schade is geleden en wat de omvang van de geleden schade is’. Dat brengt het risico met zich mee dat de gemeente een gevoelige tik op de vingers krijgt en heeft mogelijk precedentwerking tot gevolg, beseft het college ook. Democratisch Zaanstad en de Partij voor Ouderen en Veiligheid hadden graag gezien dat de gemeente en de BEZ er in onderling overleg uitgekomen waren, maar daar had het college vanaf het begin geen oren naar ondanks de pogingen van BEZ.